Kleien met beelden en woorden

Bij de opzet van een verhaal zijn de personages niet veel meer dan plakken boetseerklei, die iets van een menselijke vorm hebben aangenomen. Om ze tot leven te brengen, moet er doelgericht gewerkt worden. Neem bijvoorbeeld Merel, uit het eerste deel van ‘Het kleine huis aan de Fazantlaan’. Mijn uitgangspunt was een vrouw van rond de vijfenvijftig met een zachte uitstraling neer te zetten. Google geeft me na die zoekopdracht veel vrouwen die, vol in de make-up en overdreven poserend, willen uitstralen dat ze jaren jonger zijn. In die categorie zit niet de Merel die ik zoek.

 

Ik voeg eraan toe: volslank. Nu heb ik de keuze uit zes geschikte vrouwen. Voor een van hen heb ik een sterke voorkeur. Ik stuur de zes foto’s door naar mijn zus, die dezelfde vrouw eruit pikt. Aan de ene kant jammer dat ik de foto van deze vrouw niet met jullie kan delen, omdat er copyright op zit. Aan de andere kant misschien wel goed, want als je net zo’n lezer bent als ik, wil je je graag zelf een beeld van een personage vormen. Met de foto van de vrouw heb ik een mal voor Merel. Nu is het kleien met beelden en woorden. Voordat ik het verhaal begin te schrijven, is Merel tot leven gekomen. Vanaf dat moment ontwikkelt ze zich tot een persoonlijkheid, die me corrigeert als ik haar iets laten zeggen of schrijven wat niet bij haar past.